Telling stories for a living

Category: Minimalisme

Weg met die veters: Meet Hickies!

Vroeger was alles beter… het weer, TV-uitzendingen, muziek, de verkeersdrukte… de lijst is eindeloos als je lang genoeg kan mijmeren ;-).
Wat ik me vooral aan “vroeger” herinner, is het ontbreken van veters in schoenen! Hoe zalig was dat wel niet? Schoenen aantrekken, velcro straps aanspannen en klaar voor vertrek.
Op een bepaalde leeftijd zijn “plakkers” (want zo noemden wij dat in onze jeugd) uit den boze en word je verondersteld om naar veters over te schakelen. Als we het estetische buiten beschouwing laten, dan moet je toch toegeven dat veters een pak minder handig zijn dan velcro.
Ik beken: velcro bij een volwassen man (of vrouw) zou er wat raar uit zien. En zelfs als je toch zou willen, veel succes om schoenen met velcro te vinden voor volwassenen.
De schoenen waar ik nog het meest die “plakkers” van weleer mis, zijn mijn sportschoenen. Goed aanspannen, na het sporten ook weer losmaken zodat je er de volgende keer zonder gepruts in kan. You get my drift.
En nu is er een oplossing voor: Hickies.
Hickies zijn niets meer dan plastic elastiekjes die je afhankelijk van de spanning die je zoekt horizontaal of gekruist vastmaakt. Je steekt ze door de overeenkomstige vetergaatjes en dan haak je de twee uiteinden in elkaar.

In mijn geval heb ik de twee onderste rijen in kruis vastgemaakt voor extra spanning terwijl al de andere gewoon parallel vastgemaakt zijn.
De loopschoenen aantrekken ging nooit zo vlot: de tong van de schoen omhooghouden en je voet erin laten glijden. That’s it. Ze weer uittrekken is gewoon een kwestie van je hiel vast te houden en je voet eruit te trekken.
Ondertussen heb ik er al een keer of drie mee gaan hardlopen en dat gaat gewoon prima. De Hickies blijven netjes op hun plaats en mijn schoen blijft als gegoten aan mijn voet zitten.

Wat moet dat kosten zo een setje Hickies? Ik heb er 20 EUR voor betaald, wat best veel is voor een paar vetervervangers uit plastic, maar anderzijds ook wel meevalt aangezien de slijtage zo goed als onbestaande is en je ze in theorie kan meepakken naar een nieuw paar schoenen.
Zelf heb ik de donkergrijze variant gekozen, maar voor de avonturiers zijn er Hickies in alle kleuren van de regenboog.

Grote Kuis

De zomer is voorbij, de herst staat voor de deur. Met andere woorden: de dagen dat je meer binnen zit dan buiten staan voor de deur en aangezien TV mij matig tot niet kan boeien, wil dat zeggen dat ik weer meer uren in mijn bureau ga doorbrengen.
Traditiegetrouw wil dat zeggen dat ik “den boel eens goed uitmest”.
Dozen van gadgets tools die mijn leven vergemakkelijken kapot snijden en klaarleggen voor de papierophaling, papieren die ik niet meer nodig heb bij het oud papier gooien of door de shredder draaien (al naar gelang wat erop staat).
Papieren die ik wel nog nodig heb door de Doxie laten lopen en dan hun plaats geven in Evernote, mijn Mac en alle randapparatuur loskoppelen met het oog om alles af te stoffen en dan alles terug aansluiten + de kabels netjes wegwerpen in de voorziene kabelgoten onder het bureau én tot slot de nodige “inrichting en decoratie” tot een goed einde brengen: nieuwe posters eindelijk aan de muur hangen, foto’s inkaderen en een plaats geven,…
Enkele dagen later kan ik met mijn hand op het hart zeggen dat ik klaar ben voor regenachtige en koude dagen.

Home Office

Of zoals dat ook genoemd wordt: thuiswerken. Ik doe regelmatig van “home office” en dat heeft veel te maken met het feit dat ik op 100km van kantoor woon, maar zeker zoveel met het feit dat ik het nut er niet van zie om mij naar en van kantoor te begeven, in de files te zitten en kostelijke brandstof te verbruiken terwijl ik even goed van thuis uit kan werken. Concreet ga ik enkel nog naar kantoor voor meetings of andere zaken die gewoon beter “in real life” gaan dan over de digitale lijn.
Van thuis werken betekent dus niet alleen tijdswinst (files, verplaatsingstijd,…) maar ook veel efficienter werken! Geen collega’s die je afleiden van je bezigheid, geen telefoons (al dan niet de jouwe) die constant rinkelen,… en ga zo maar door. Ik heb eens in een of ander GTD boek gelezen dat je na een onderbrekening gemiddeld een kwartier nodig hebt om terug in “the zone” te geraken – reken dus maar uit hoe efficient je werkt op kantoor.
Los daarvan werk je thuis ook comfortabeler: hoodie en trainingsbroek (in mijn geval toch), goed gevulde koelkast in de buurt, muziek  naar keuze die zo stil of zo luid staat als je zelf wil (afhankelijk van wat ik doe verandert de muziekstijl en volume) en je eigen vertrouwde omgeving / bureau dat ingericht is om je werk zo aangenaam mogelijk te maken.
Voor de werkgever zijn er dus ook voordelen: ze kunnen de werkplekken “thin provisionen” – net zoals we dat doen op storage, in virtualisatie en zelfs bij internet providers (je dacht toch niet dat bv. Telenet elke klant echt een link van 70/5Mbit kan aanbieden voor de huidige abbonementsprijzen?) – waardoor ze plaats besparen. Ook de bedrijfswagen gaat langer mee en verbruikt minder en de werknemer werkt productiever en brengt dus meer op. En die laatste is ook gelukkiger! Win – win – win.
Ik had de discussie trouwens nog op Twitter een paar dagen terug… over hoe zoiets toch vooral kan in kleine / grote bedrijven (de meningen waren verdeeld) en blablabla. Mijn gedacht: a load of crap!
Al dan niet van thuis uit kunnen  / mogen werken is (wanneer je job het toelaat natuurlijk) puur een beslissing van hogerop de bedrijfshierarchie. Managers die er nee op zeggen zijn volgens mij niet meer “connected” met wat er vandaag de dag leeft en wantrouwen ergens hun personeel – “Gaan ze wel werken thuis, waar ik ze niet in de gaten kan houden?”
Dat soort manager gelooft dat mensen die acht uur per dag aan hun bureau zitten (en waarschijnlijk een groot gedeelte van die tijd niksen) “goede” werknemers zijn. Effectief en efficient zijn, wordt hier dus nog al eens verward.
Ik heb tot nu toe altijd al geluk gehad bij een bedrijf te werken (groot en klein) waar men open-minded was en geen punt maakte van home office praktijken. Het is trouwens een punt dat ik steevast aftoets bij een sollicitatie, want voor mij is het een echte deal-breaker als thuiswerken niet wordt toegestaan.
De “nieuwe” werknemers zijn digitale nomaden. Een laptop en een internetconnectie volstaan om te werken. Papier is outdated (mijn paperless project) en vaste bureau’s zijn hun doel voorbijgestreefd (en zorgen meestal alleen maar voor een hoop “overhead”).
Hou staan jullie hier tegenover? Pro of contra? En als je het zelf doet, hoe doe je het dan? Hoe switch je tussen “werken” en “spelen” als je thuis werkt? Welke tools gebruik je? Wat mis je of juist niet?
Ik denk hier de komende weken wat meer over te schrijven en hoe ik het allemaal beleef, maar laat niet na om feedback of vragen achter te laten!

Doxie Go

Exact een maand geleden schreef ik hier een blogpost – Paperless – waarin ik al uitgelegd heb hoe ik zoveel mogelijk “digital native” werk en de ouderwetse, papieren manier van werken probeer te vermijden.
Het is echter onvermijdelijk dat er toch nog papieren “contraband“, want zo noem ik dat tegenwoordig, in mijn systeem sijpelt. Die papieren worden vandaag verzameld en daarna op de scanner gelegd. En in die zin, leest u ook ineens wat de zwakke schakel is van het systeem, of beter gezegd: de zwakke schakels, in het meervoud dus:

  1. De papieren moet verzameld worden wat voor extra werk zorgt + extra “rommel” in de zin van een vergaarbak (meestal in de keuken).
  2. Daarna moeten die papieren tot in het bureau geraken, want daar staan de scanners – ik heb een all-in-one met netwerkaansluiting en een flatbed via USB. Meestal gebruik ik de eerste omdat die een pagefeeder heeft en dus een tijdje voort kan als je hem een hoopje papier geeft.
  3. Mijn Macbook moet opstaan, want ik verzamel al die scans in folders en voeg meta-data toe met bepaalde software.
  4. Als alles gescand is, moeten de papieren versnipperd worden.

Elk van bovenstaande stappen, is er eigenlijk één te veel. Elke stap die je moet nemen, is er één waar je kan “procastrineren” – uitstel gedrag vertonen zeg maar. En laat dat nu iets zijn waar ik best goed in ben ;-).
Om te voorkomen dat de papierhoop te groot wordt of dat ik in een van de eerder genoemde stappen de draad laat vallen, is er maar één oplossing: zoveel mogelijk tussenstappen elimineren op voorhand.
Voor zaken waar je je kan abonneren op digitale exemplaren via ZoomIT ligt de oplossing voor de hand – doen dus! Voor al de andere zaken, moet je dus zelf digitaliseren zonder al die tussenstappen.
Op de smartphone zijn er enkele apps die via de camera kunnen scannen en op zich werkt dat wel goed, maar ideaal is het niet. De batterij gaat sneller leeg, je moet genoeg licht hebben of de flash gebruiken en daarna blijft nog altijd de data op je smartphone staan (tenzij je naar DropBox of een andere cloud storage provider upload als dat kan met de app in kwestie) dus is er nog altijd “werk”. Plus, niet iedereen in huis heeft een smartphone oftewel heeft iedereen er een, maar dan staat de data nog niet centraal toegankelijk.
DoxieGo-Box-specsIk ga proberen bovenstaand probleem te tackelen via mijn meest recente aankoop: een Doxie Go. Doxie is een merk (eigenlijk rebranding van bestaande scanners, maar met eigen software en paar features extra) van handige, compacte scanners met het oog op wat ik hierboven omschreven heb. Het zijn geen scanners voor de gemiddelde amateurfotograaf, daarvoor zijn de specs ontoereikend.
Concreet zijn er drie varianten: Doxie, Doxie One en Doxie Go. De eerste is een basic versie die niet zonder computer kan functioneren. De Doxie One kan wél zonder computer scannen, maar enkel aan 300DPI (de andere twee ondersteunen ook 600DPI) en moet nog wel in het stopcontact zitten. De laatste is een soort kruising tussen de standaard Doxie en de Doxie One en heeft de naam Doxie Go gekregen.
De Go kan scannen zonder computer en zonder stopcontact (hij beschikt over een ingebouwde herlaadbare batterij, zoals een laptop) én kan zowel in 300DPI als 600DPI scannen. Best of both worlds dus. Hij beschikt over een intern geheugen om de ingescande documenten te bewaren (512MB) en kan ook een SD-kaart meekrijgen wanneer dat niet toereikend is. Als je een EyeFi-wifi SD-kaart gebruikt, kan de scanner zelfs rechtstreeks naar een cloud storage device scannen (die cloud kan even goed een interne NAS zijn bijvoorbeeld) waardoor je nieuwe scans automatisch naar een bepaalde folder kunnen gaan! Zo niet, sluit je de scanner bijvoorbeeld eens per week aan op de computer en dan haal je er alle ingescande documenten af.
Doxie levert ook een eigen software suite mee die het mogelijk maakt om meerdere documenten virtueel aan elkaar te nieten, te exporteren naar bv. Evernote of DropBox of om doorzoekbare PDF bestanden te maken dankzij de inbegrepen ABBYY OCR software.
wifi-ss2
Op “papier” belooft de Doxie Go dus te doen waar ik nood aan heb: een manier om papier direct te digitaliseren aan de keukentafel, waar de nieuwe post vergaard wordt. Het verzamelen van papier, dat papier naar het bureau brengen en daar alles inscannen naar de computer wordt hiermee volledig omzeild en het resultaat zou moeten zijn dat alle inkomende papieren, direct en door gelijk wie gedigitaliseerd kunnen worden “on the fly”.
Mijn bestelling is sinds gisteren “shipped” dus ik verwacht mijn Doxie Go ergens volgende week te ontvangen. Wordt zonder twijfel vervolgd dus…

© 2024 Unexpected.be

Theme by Anders NorenUp ↑