Telling stories for a living

Tag: Netwerk

Snap Telenet

Telenet heeft een subsite online geplaatst waarin ze uitleggen waar ze staan met hun (lees: dat van Mobistar) mobiel netwerk, wat ze de komende maanden en jaren van plan zijn en hoe ze vandaag scoren ten opzichte van Base en Proximus.
Men zegt dat die kwaliteits- en snelheidstesten uitgevoerd worden door een onafhankelijk bureau. Dat geloof ik allemaal wel, maar desondanks trek ik die resultaten toch zwaar in twijfel, puur en alleen gebaseerd op wat ik als klant van alle drie de providers heb ondervonden.
Men zegt daar bijvoorbeeld dat het 3G bereik van Proximus op 99,6% zit, dat van Base op 98,5% landt en dat van Mobistar/Telenet op 98,3% aftekent.
Ter illustratie: ik heb twee gsm’s die ik altijd bij me heb. Eentje privé (iPhone5) en eentje professioneel (BlackBerry Bold). Die laatste zit op het Proximus netwerk terwijl de iPhone eerst op Base (Mobile Vikings) zat, daarna net geen jaar op Telenet (en dus Mobistar) aangesloten was en sinds twee weken ook op het Proximus netwerk zit.
Beroepsmatig bevind ik mij doorheen gans België, maar leg ik de verbinding Deinze-Leuven op dagelijkse basis af. Ik doorkruis gemiddeld drie provincies per dag en bevind mij her en der op onze wegen, met andere woorden: ik kan écht wel vergelijken hoe het met de ontvangst (dus ook telefonie) en de 3G dekking gesteld is.
Als we die cijfers dus mogen geloven, dan zou Mobistar/Telenet “slechts” 1,3% minder 3G dekking bieden dan Proximus. Base zou zelfs “maar” 1,1% minder 3G dekking bieden.
Wel, ik durf te stellen dat deze cijfers compleet van de pot gerukt zijn. Ik nodig die mensen dan ook uit om eens een dagje met mij mee te rijden en te vergelijken. Voor alle duidelijkheid: ik word niet betaald door een of andere provider, ik betaal mijn facturen zelf en ik heb er geen baat bij om de ene provider te promoten ten koste van een andere.
Proximus heeft zonder enige twijfel de beste 3G dekking, en dat scheelt echt wel meer dan die luttele procentpunten die ze ons meegeven. Bij Base heb je echt wel meer Edge dan 3G connectie, maar dat is niet zo heel erg, want zij hebben ook niet de pretentie om dat te claimen. Ik spreek nu eigenlijk over Mobile Vikings, die zich profileren als beste prijs / kwaliteit provider en daar goed in slagen. Ik ben altijd een tevreden gebruiker geweest, maar het ontbreken van 3G heeft me uiteindelijk toch doen veranderen.
Mobistar gaf mij meer 3G ontvangst ten opzichte van Base. Of beter gezegd, het 3G logo kwam meer op mijn toestel tevoorschijn, want heel vaak stond er 3G, maar werkte het gewoon niet. Ook niet traag. Het toestel verplichten op Edge te connecteren was dan de enige manier om toch “mobiel internet” te kunnen gebruiken. En daar komt nog de kanttekening bij dat naar mijn subjectief gevoel de Edge connecties van Base sneller werken dan die van Mobistar/Telenet.
Tijdens mijn periode bij Mobistar/Telenet waren er ook verschillende plaatsen waar ik gewoon geen ontvangst had. Dat af en toe het mobiel internet niet werkte was ik al gewoon, maar soms stond er gewoon “No Service” op het scherm. Een “deadzone” in hun netwerk dus. Als je op dat moment aan het bellen was, dan viel de verbinding uiteraard gewoon weg en moest je wachten tot je terug in de buurt van een zendmast kwam. Een voorbeeld van zo een plaats: de E40 Brussel-Gent vanaf Groot-Bijgaarden tot iets voor Aalst. Test het maar uit en kijk toe hoe je mobiel internet wegvalt en als je pech hebt, ook je volledige verbinding als sneeuw voor de zon smelt.
Mijn thuis-werk-traject bestond vroeger uit “meestal Edge, heel soms 3G en af en toe volledig niks” verbindingen. Na twee weken met Proximus moet ik op datzelfde traject mijn best toen om een verbinding te vinden die géén 3G bevat…
Neen, ik rijd niet met speciale apparatuur in de wagen rond, noch staan er gigantische antennes op mijn dak. Ja, ik gebruik een iPhone5 van Apple en ja ik weet dat die niet uitblinken in ontvangst. Maar guess what: veel mensen hebben nu eenmaal zo een toestel, hebben daar veel geld voor uitgegeven en verwachten dan ook dat dat gewoon werkt. Perceptie is nu eenmaal realiteit, of die nu objectief of subjectief is.
Mobistar/Telenet goochelt met beloftes van 4G tegen het einde van 2013. Wake-up call: Proximus biedt het vandaag al aan! En eerlijk gezegd, er zijn weinig toestellen die vandaag 4G kunnen gebruiken en ik denk dat er ook weinig gebruikers zijn die zulke mobiele snelheden vandaag al nodig hebben.
Edge daarentegen is vandaag de dag echt te traag geworden voor vele toepassingen. Mensen hebben vandaag een nood aan een goede 3G connectie, dus in plaats van altijd opnieuw een gloednieuwe technologie te “showen” die mooi werkt tijdens een “Proof of Concept”, zou ik voorstellen om te zorgen dat wat er vandaag “in the field” bestaat, deftig werkt. Daar zouden mensen gelukkig van worden en je product aanbevelen bij derden.
3G verbindingen die gewoon niet werken, trage Edge connecties en zelfs het volledig wegvallen van je netwerk zijn écht geen kwaaltjes van deze tijd meer. Een tijd waarin iedereen en alles in een permanente “online” vorm bestaat, waar alles meer en meer in de “Cloud” zit, smeekt om een constante, kwalitatieve verbinding met de buitenwereld.
Mijn advies halverwege 2013: zoek je de beste prijs/kwaliteit provider, ga dan voor Mobile Vikings. Wil je gewoon de beste kwaliteit tegen een iets hogere kost, dan is Proximus uw beste keuze. Voor een derde speler die op geen van beide vlakken voeten aan wal heeft, is er geen plaats.

Shared Storage

Omdat ik hier toch vaak over storage en aanverwanten leuter en soms te horen krijg dat het allemaal nogal “Chinees” is, lijkt het me opportuun om de basisconcepten ervan toe te lichten zodat geïnteresseerden mee kunnen met mijn meer technische blogposts.
Het is niet de bedoeling om een technisch naslagwerk te schrijven, want daar staat het internet al vol van en die bestaande “whitepapers” leggen dat ook beter en meer gedetailleerd uit dan dat ik dat hier zou kunnen / willen.
Neen, het idee is dat ik op deze manier minder technische lezers een blik achter de schermen geef in “mijn wereld”, het inzicht geef dat ze zonder het te weten waarschijnlijk elke dag met zulke systemen in aanraking komen én misschien wel warm maak om er meer over te weten te komen.
Anyway – here goes!
Storage kennen de meeste mensen in de vorm van een harde schijf (als je echt extreem “not into IT” bent, kan je nog aan kasten van IKEA enz denken, maar dat is het dus niet!).
Een harde schijf vinden we terug in elke computer (gemakkelijkheidshalve beschouw ik een SSD oftewel Solid State Drive ook als harde schijf in dit verhaal), al dan niet intern of extern (USB, FireWire, eSATA) en wordt gebruikt om je data te bewaren.
Voor een PC is dat uiteraard prima, maar wat als je nu met verschillende servers (=grotere, snellere computers die applicaties draaien zoals de e-mail software, de databases,…) opgezadeld bent – lees: elke bedrijf dat meer dan 25 werknemers heeft (ok, die 25 is een beetje nattevingerwerk, maar je weet wat ik bedoel).
Op dat niveau werkt men uiteraard niet met externe harde schijven en wil men eigenlijk ook niet werken met interne harde schijven (in de servers welteverstaan) omdat dat de beheerbaarheid, het backup-verhaal, maar zeker en vast ook de performantie (zeer belangrijk) niet ten goede komt.
Om die eerder genoemde tekortkomingen te omzeilen, gebruiken de meeste bedrijven een “shared storage” oplossing. De naam zegt het zelf: een storage oplossing die gedeeld wordt met anderen en met anderen bedoel ik “servers”.
Concreet kan je een shared storage systeem dus beschouwen als een verzameling van harde schijven die via een netwerk toegankelijk zijn voor elke computer / server. Iedere computer bewaart zijn data op die centrale storage, waardoor het beheer van alle data veel makkelijker is. Say hello to my world!
Het performantie verhaal is te verklaren als volgt:

  • Centrale storage oplossingen bevatten controllers (servers die niks anders doen dan data beheren zeg maar) die gebouwd zijn om data zo snel mogelijk te kunnen verwerken. Een “normale” computer heeft veel meer taken dan je data beheren (surfen op internet, muziek afspelen, foto’s bewerken, gamen,…) en is dus eerder in veel goed, maar blinkt in niets uit. Op je computer thuis merk je daar natuurlijk niets van, maar beeld je eens in dat er 100 mensen tegelijkertijd bestanden van en naar je computer zouden kopiëren… En net dat is wat er in bedrijven constant gebeurt (mails die binnenkomen en verstuurd worden, mensen die in databanken updates doen, printers die bladzijden uitspuwen… en ga zo maar door).
  • Centrale storage bevat ook veel meer harde schijven – vanaf nu noemen we dat “spindles”, afkomstig van het werkwoord “spinning” oftewel draaien – en de logica leert ons dat de snelheid waarmee je data gelezen en geschreven kan worden, evenredig is met het aantal spindles waarop de data verspreid wordt. Uiteraard zijn er nog andere factoren die de snelheid beïnvloeden, maar daar kom ik in een latere vervolgblogpost op terug zodat het niet te ingewikkeld wordt.

Shared storage bestaat in verschillende varianten, maar grosso modo kunnen we stellen dat er twee soorten zijn: SAN en NAS. Dezelfde drie letters, maar in omgekeerde volgorde en die volgorde maakt wel degelijk een wereld van verschil.
SAN staat voor “Storage Area Network” terwijl NAS de afkorting is van “Network Attached Storage”. Klinkt gelijkend, maar is het dus helemaal niet.
Waar de verschillen juist liggen, daar kom ik de komende dagen op terug. Het belangrijkste is dat je nu het concept van “shared storage” of centrale opslag zou moeten begrijpen, maar ook beseffen waarom het interessanter is dan decentrale opslag van data.
Feedback, vragen of andere uiteraard welkom in de commentaar!

Oftewel “Virtual Private Tunnel” – een beveiligde connectie tussen twee computer systemen zeg maar. De meeste mensen kennen  gebruiken het (meestal zonder het te weten) op regelmatige basis als ze van thuis werken – van “home office” doen dus.
Sinds kort gaat al mijn dataverkeer thuis via een beveiligde verbinding. Via een betaalde VPN tunnel die tot 256-bit encryptie aan boord heeft.
Email, surfen, downloads,… alles wordt over een VPN gestuurd die ik naar gelang wat ik wil doen van lokatie kan veranderen: Nederland, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Hong Kong of de VS. Door dit systeem krijg je ook toegang tot zaken die voor ons op dit moment nog niet toegankelijk zijn zoals Netflix, BBC iPlayer, vroeger Spotify…
Daarnaast heeft het ook als voordeel dat geen derde partij mijn dataverkeer kan onderscheppen of controleren. Providers die bepaald verkeer “cappen” (lees: in snelheid beperken) worden zo buitenspel gezet omdat ze door de VPN niet meer kunnen zien welk verkeer er door je lijn loopt – ook gekend als “deep packet inspection”.
Zijn er nadelen aan altijd een VPN gebruiken? Jep. Je verliest een beetje van je maximale snelheid omdat de connectie versleuteld moet worden en dat vraagt een beetje capaciteit. Veel maakt dat vandaag de dag niet uit, want iedereen heeft meerdere megabits per seconde ter beschikking, waardoor dat helemaal niet opvalt.
Los daarvan merk ik eigenlijk aan niets dat ik een VPN gebruik. De connectie wordt automatisch opgestart met de computer, dus er is geen manuele interventie nodig. Op termijn ga ik de VPN tot stand laten komen in de router, zodat elk toestel in huis (zelfs een smartphone) sowieso over de VPN gestuurd wordt.
Kost dat veel? Er zijn genoeg aanbieders van zo een oplossingen, waardoor je voor $10 per maand al kan vinden wat je nodig hebt. Mijn VPN is inbegrepen in mijn Usenet abonnement, dus ik ken de prijs niet van de VPN alleen. Google is your friend.
 

Als je een iOS gebaseerd toestel in huis hebt, dan heb je ongetwijfeld al gehoord van “AirPrint”. Een printer die deze technologie ondersteunt, kan door je iOS toestel gebruikt worden om rechtstreeks te printen, zonder tussenkomst van een computer dus.
Er zijn al een tijdje apps beschikbaar om niet-ondersteunde printers toch te gebruiken, maar die draaien op een PC en dan moet die uiteraard ingeschakeld zijn. En dan kan je meestal even goed vanop die PC printen ;-).
Lantronix heeft daar iets op gevonden: een iOS printserver. Je plugt het doosje in je netwerk, het detecteert al je netwerkprinters en biedt ze daarna netjes aan via AirPrint aan je iOS toestellen, zonder tussenkomst van je PC.
Netjes! Spijtig dat het $150 moet kosten…

Gisterenavond was er een blogevent @ Kinepolis Brussel op vraag van Kinepolis zelf. Enerzijds willen ze hun klanten beter leren kennen en gezien de Facebook problematiek (voor zij die niet weten waarover ik het heb, er is een groep op Facebook waarin de hoge prijzen van hun tickets worden aangekaart) willen ze anderzijds uitleggen waarom hun prijzen hoger zijn.
Eerst kregen we een uitgebreide uitleg over het ontstaan van Kinepolis door Bob Claeys – zoon van een van de oprichters – R&D Manager van de groep. Film en bioscoop zijn duidelijk zijn passies, want de manier waarop hij de geschiedenis van het familiebedrijf, de evolutie van de technologie (van 35mm naar fully digital), de intrede van de popcorn at the movies (yep, allemaal zijn fout ;-)),… uitlegt heeft een zeer hoog “Martin Luther King” gehalte.
Spijtig genoeg was er mijn inziens net iets te weinig “action” en iets teveel “talk”. En onder het motto – less talk, more action – had ik liever wat meer technologische hoogstandjes van Kinepolis hun kunnen gezien, want een beeld zegt nu eenmaal meer dan duizend woorden.
Wat we wel te zien kregen was een vergelijk tussen een gewone 35mm die schokt, lijnen vertoont, onscherpe subtitles en ander minder fraais en een digitale versie die met behulp van Texas Instruments, Sony, Dolby en nog enkele andere grote namen op het scherm tevoorschijn komt. In 2.2 miljoen pixels, met haarscherp beeld, scherpe ondertiteling en geen “vuiltje” aan de lucht. Knap. Daarna kregen we nog een 3D showoff met een trailer van de Ice Age 3 film en U2 in 3D. Om te laten zien dat ze ook gewone TV-uitzendingen kunnen tonen, kregen we Beyoncé met “If I were a boy” dat met behulp van een extreem dure appliance van Sony (geleend van Alfacam) geupscaled werd. Mooi!
Daarna was er een kleine drink met hapjes (lees: popcorn, taco chips en enkele gefrituurde snacks) met de bedoeling om te “netwerken”, zowel met andere bloggers als met mensen van Kinepolis zelf.
Zelf heb ik een leuk gesprek gehad met iemand van de marketing / persafdeling van Kinepolis (ik ben spijtig genoeg haar naam vergeten), maar heb ik ook eindelijk eens een gezicht kunnen kleven op Radiogirl, de gasten van Stew, Pietel, Michel, Stefan van Adhese, Luc Van Braekel, Goedles en nog een paar andere gasten die ik hier vergeet te vermelden.
Wat ik wel spijtig vond, is dat de organisatie wel vergeten was dat mensen uitnodigen om 19u zoveel wil zeggen als “kom rechtstreeks van uw werk naar hier”. Geen enkel probleem, want ik vond het een interessant gebeuren, maar dat betekent ook wel dat die mensen nog niet gegeten hebben op een beetje popcorn en taco chips kan ik niet leven ;-). Het moet niet veel zijn, een paar belegde broodjes is al voldoende hoor.
Na het netwerken, kregen we de CEO van Kinepolis (good old Eddy volgens zijn collega’s) voor ons die zijn eigen positie en visie heeft uitgelegd en ook een heleboel vragen in duidelijke taal heeft beantwoord. Zijn insteek is duidelijk dat hun team zich elke dag opnieuw inzet voor hun publiek en dat ze liever in dialoog reageren op al dan niet terechte opmerkingen (zoals de Facebook historiek) en niet willen meewerken aan een “chantage” van het bedrijf door een massa bij elkaar te brengen die zich zonder verder nadenken / dialoog achter de mening van een individu schaart. Ik volg de man ergens wel – zijnde dat uitleggen waarom je prijzen hoger zijn dan de cinema om de hoek eigenlijk een manier van goede communicatie is naar je klant. En net die communicatie is waar Eddy en zijn team erkennen dat ze nog iets goed te maken hebben, vandaar hun idee om dit event te organiseren met een kritisch publiek dat bloggers al eens durft te typeren ;-).
Als kers op de taart was er nog voorzien om een avant-première bij te wonen, maar aangezien de presentaties / vragenrondes een beetje waren uitgelopen en iedereen nog huiswaarts moest geraken (treinen en zo), werd er geopperd om aan de aanwezigen enkele tickets te geven – een idee waar iedereen zich mee kon vereenzelvigen. Iets wat we wel nog kunnen doen hebben, is de “backstage” ruimte van de zalen bezoeken. De projectors, de spoelen met films, de montagetafels, de dolby-surround systemen,… allemaal heel leuk om eens van dichtbij te kunnen aanschouwen en volgens mij een gelegenheid waar je als gewone bezoeker niet gauw kans toe krijgt.
Ik vond het Kinepolis blogevent een geslaagd idee, met dank aan zowel Stefan van Adhese, reclamebureau Proximity.BBDO en Kinepolis zelf. Kinepolis heeft beloofd om ons in de toekomst op regelmatige basis uit te nodigen voor zulke events, spontane dialogen zeg maar, zonder veel tralala. Iets waar zij alleen maar kunnen bij winnen en waar bloggers sowieso een leuke avond aan beleven. Een win-win situatie zeg maar.
Ik kijk er nu al naar uit. Tot dan!

Mijn voorspellingen van gisteren waren er een beetje naast precies :-). Slechte bronnen en zo weet u wel ;-). Neen, serieus. De keynote zit er op (heb ze live gevolgd) en er zijn zeker enkele nieuwe, interessante producten bijgekomen of geupdate, maar ik had er toch ook nog meer van verwacht zoals nieuwe iMac’s, Mac Mini, misschien zelfs eindelijk videomateriaal in onze iTunes Store?
Maar we kregen een nieuwe versie van iLife en iWork, dewelke ik beide ga kopen wegens heel content van de ’08 versies (en iWork.Com wil ik graag eens proberen – online samenwerken met anderen en zelfs gebruik maken van Google Docs om maar een paar features te noemen). iLife ’09 kan ons nu ook leren muziek spelen met filmpjes, een virtuele leraar,… dus dat zal ook wel aanslaan vermoed ik?
De 17″ unibody Macbook Pro kwam er wel, met non-removable batterij die tot 8u mee gaat. Los daarvan is het eigenlijk dezelfde laptop als de 15″ die we al kennen, maar met een iets snellere CPU mogelijk, tot 8GB RAM ipv 4GB (4GB is standaard, de upgrade naar 8GB kost meer dan 1000€) én voor de fanatiekelingen eindelijk de mogelijkheid tot een niet-glossy scherm. Ah ja, en een SSD van 256GB (de 15″ stopt aan 128GB) die maar liefst 810€ moet kosten. Zoals je ziet is het niet moeilijk om 5000€ op te krijgen als je jezelf is laat gaan met de 17″ Macbook Pro ;-). Proper machine en zo, maar geef mij maar 13 of ten hoogste 15″ met een extern LED display @ home. Goedkoper. Handiger on the road. En groter scherm thuis.
Zeer belangrijk is dat iTunes DRM vrij is. De eerste 8 miljoen tracks nu direct, de overige 2 miljoen vanaf maart of zo. Prijzen van 0,69€, 0,99€ en 1,29€ – naargelang de ouderdom van je track. Valt mee, maar ik ken dat… alles zal wel “nieuw” zijn. Je bestaande iTunes tracks kan je DRM vrij maken aan 30 eurocent per track en 30% van de prijs van een album per album. Ah ja en vanaf nu kan je met de iPhone ook muziek kopen via het GSM netwerk en niet alleen via wifi. Handig, zeker bij ons waar wifi toch minder aanwezig is dan in de USA.
Enfin. Schoon dinges. Maar toch ook wat openstaande zaken denk ik…
Maar ze sloten wel af met een live gezongen nummer dat een hint gaf … misschien een hint dat ze nog iets gaan laten zien eind deze week of later deze maand of zo? De nieuwe iMac’s? De nieuwe Mac Mini? Who knows…

… and so I face the final curtain blogpost. Jawel beste lezers, 2008 zit er zo goed als op en binnen het ogenblik dat deze post online staat en een uurtje of vijf zijn ze in Australië en omstreken het nieuwe jaar aan het inluiden. Wij zullen dan enkele uren later volgen en vanaf dan beginnnen we weer allemaal met een “blanco blad”. Zelfs onze “nieuwe / oude” regering.
Voor mij was 2008 is ieder geval best ok, zowel op professioneel als op persoonlijk vlak. 2008 is het jaar waarin ik in mijn job sterk gegroeid ben en veel nieuwe uitdagingen heb gekregen (en tot een goed einde heb kunnen brengen) die me grenzen hebben doen verleggen.
Op persoonlijk vlak is alles ook goed verlopen en valt er eigenlijk niet veel te klagen. De mensen rondom mij zijn gezond en blij, de familie zal weer uitgebreid worden begin 2009, ik heb goede vrienden en vriendinnen en fijne collega’s en ook op “online” gebied heb ik mijn netwerk een beetje kunnen vergroten met interessante persoonlijkheden. What more can I which for?
Vanzelfsprekend is het Gorki-gezegde nog altijd van toepassing – “sterren komen, sterren gaan…” – waardoor er naast nieuwe sterren ook enkele sterren aan mijn hemel verdwenen zijn. De ene al wat dramatischer dan de andere. C’est la vie denk ik dan. Don’t look back, stay positive en alle energie focussen op wat komen zal. Het leven is veel te kort om te blijven stilstaan bij “what could have’s” is mijn filosofie.
2008 is ook een goed jaar geweest voor dit blog. Unexpected.be is gegroeid van een kleine “trial & error” experiment / tijdsverdrijf / probeersel naar een dagelijkse activiteit waarin ik mij uitdrukken, stoom aflaten en ervaringen delen op vele vlakken. Mijn lezerspubliek stijgt maandelijks waarvoor veel dank! Ik ben vereerd elkeen van jullie hier te mogen ontvangen en hoop vaneigens om ieder van jullie volgend jaar terug te mogen verwelkomen.
2008 was ook het jaar waarop Mr. Unexpected eindelijk de switch gemaakt heeft naar Apple. Allé, switch is een groot woord, want ik blijf nog altijd op dagelijkse basis bezig met Windows platformen, zowel op professioneel vlak als op persoonlijk vlak. Laat ons zeggen dat ik mijn nieuwe Mac als een extensie zie van mijn computergewoonten.
Voorspellingen voor 2009 ga ik laten voor wat ze zijn, daar zijn al genoeg andere sites mee bezig die alles al wel gezegd zullen hebben.
De goede voornemens dan maar. Ik heb met de jaren al geleerd dat je niet te veel mag beloven op dat vlak, want als je die beloftes dan niet kan waarmaken is de nasmaak eens zo bitter.
Op persoonlijk vlak ga ik trachten om in 2009 mijn conditie op peil te brengen. Daarmee zal ik al werk genoeg hebben en al mijn doorzettingsvermogen moeten aanspreken om meer te sporten en minder van al dat lekkers te smullen :-).
Professioneel gezien wil ik in 2009 mijn grenzen verleggen. Ik voel me klaar voor meer, om nieuwe horizons te verkennen en om alles naar een hoger niveau te tillen. Ik twijfel er niet aan dat dat misschien niet evident zal zijn met de huidige economische crisis, maar met negativisme bereiken we zeker niets en dus ga ik er gewoon voor. Ik stel mijn doel voor ogen en als ik maar halverwege geraak, dan is dat nog altijd verder dan blijven stilstaan. Een “neen” heb je al en een “ja” kan je krijgen.
Om af te sluiten wil ik ieder van jullie een voorspoedig 2009 toewensen met veel geluk en vooral een goede gezondheid. Maak er vanavond een feest van (but be careful) en we zien elkaar terug in 2009.
Tot dan.

Zoals beloofd, een lijstje van al de softwares die ik ondertussen voor mijn Macbook gevonden heb (al dan niet betalend) en die volgens mij een must-have zijn voor iedere Mac gebruiker out there.

  • Transmission – gratis – een zeer handige, snelle en gemakkelijke torrent-client
  • Firefox – gratis – moet ik dit nog uitleggen? Voordeel: werkt met Foxmarks, Safari doet daar niet aan mee. Nadeel: Safari ondersteunt al de trackpad gestures… dillema’s. Maar aangezien bookmarks heilig zijn, is het Firefox.
  • Messenger for Mac – gratis – MSN voor Mac zeg maar, van Microsoft natuurlijk.
  • Twitterific – gratis – Twitter client die ik al kende van op mijn iPod Touch.
  • Parallels – betalend – virtualisatie van bv. Windows XP onder Mac OS X. VMWare Fusion is een volwaardig alternatief, maar ook betalend (even duur, rond de 80€). VirtualBox is gratis, maar biedt minder mogelijkheden en ziet er minder “hot” uit.
  • Quicksilver – gratis – application launcher zoals Launchy dat is voor Windows. Handig.
  • FileZilla – gratis – FTP client die ik al ken van onder Windows. Zeer uitgebreid en zeer goed in zijn job. Een simpeler alternatief is de gratis FTP client Cyberduck.
  • HandBrake – gratis – DVD ripper tool, zoals de naam al aangeeft om DVD’s te rippen.
  • ffmpegX – betalend – tool om AVI’s en allerhande andere videoformaten om te zetten naar DVD’s die je normale DVD speler kan afspelen.
  • LittleSnitch – betalend – firewall die meer mogelijkheden biedt dan de standaard ingebouwde firewall. Aan te raden als je vaak op publieke netwerken connecteert.
  • TaskPaper – betalend – soort “textpad” plus, met zeer simpele layout en handige extra’s die je perfect toelaten om projectplanning te doen, to-do’s op te stellen, lijstjes te maken,…
  • iWork ’08 – betalend – Apple’s eigen alternatief voor Office. Voor dagdagelijkse dingen meer dan voldoende en voor net geen 80€ kan je niet misdoen. Keynote (de presentatietool) is het beste programma van de box.
  • iTunes – gratis – wie kent dit niet?
  • 1Password – betalend – tool om al je paswoorden onder één dak te huisvesten. Met encryptie natuurlijk.

Voila, dat is de voorlopige balans na twee weekjes van Macbook doen. Ongetwijfeld zal deze lijst nog langer worden, maar daar leest u dan wel.
PS: ik had geen zin om al die softwares te gaan opzoeken en hier te linken. U kan dat ongetwijfeld zelf. Naam selecter – plakken in Google – op enter duwen. Easy.

Daarnet heb ik nog geschreven over mijn meest recente “probleem” en enkele uurtjes later kan ik na een hoop geëxperimenteerd en getest met veel blijdschap melden dat er een oplossing is. Misschien is er natuurlijk nog een betere oplossing, waarmee u mij altijd mag lastig vallen in de comments :-). 
Bon. Mijn oplossing.

  1. De betreffende schijf / partitie omzetten naar een RAW-data image met behulp van een opensource tool (geport van UNIX) genaamd Disk Image van Dubaron (DD voor de vrienden). Hier te downloaden.
  2. Daarna de RAW-data image converteren naar een *.VMDK bestand (oftewel een virtuele VMWare harde schijf) met LiveView. Eveneens voor niks te downloaden. Hierzo.
  3. Tot slot de betreffende VDMK file “mounten” met behulp van een gratis (maar unsupported) tooltje van VMWare zelf: VMWare Diskmount Utility.
  4. Klaar is kees. Vanaf nu heb je de schijf in Windows als een lokale disk gemapt staan en zou het probleem opgelost moeten zijn. 
En het beste van al: je kan zowel lezen als schrijven naar deze schijf. Bij de oplossing van Microsoft (die NIET over het netwerk gemapt kan worden, in tegenstelling tot deze van VMWare) schrijft hij wijzigingen weg naar een temp-file en moet je die dan manueel “committen” wat dus een extra last (en risico) is!
Voila. Misschien bent u er ook iets mee, zo niet, negeer gerust deze post. Hehe.

Regelmatig check ik de vacatures zowel op het net als degene die via automatische mailings of via andere kanalen (in person soms) bij mij terecht komen. Vaak interessant, maar vaak ook minder interessant. Zo is het leven niet waar?
Maar soms krijg ik het wel op mijn “siskes” van job inquiries die er uit zien alsof ze persoonlijk aan mij gericht zijn, maar die in feite naar – weet ik veel – 1000 man gestuurd zijn?
Vandaag had ik er weer zo eentje voor een positie als system engineer (tot hier ging het goed) in een Brussels bedrijf waar ze specialisten zoeken voor IP telefonie en LAN beheer op Cisco platformen. En daar ging het dan ook volledig mis beste mensen, want Cisco en IP telefonie en LAN beheer… dat is mijn winkel niet!
Ik ben geen network engineer. Ik ken wel de basis van netwerken en ik kan mijn plan wel trekken in dagdagelijkse dingen, maar om zo maar eventjes een netwerk topologie te gaan uittekenen voor een groot bedrijf – daar ben ik niet aan toe en dat interesseert mij ook niet! Cisco knowledge is al geleden van op school en ik vermoed dat daar ondertussen ook al veel nieuw bijgekomen is om maar een mogelijk probleem te noemen…
En als zo een vacature mij dan zou bereiken via een standaard mailtje van Vacature.com of StepStone of weet ik veel… tot daar nog aan toe (al is mijn CV op die sites ook wel redelijk up to date hoor). Maar deze vacature kwam in mijn brievenbus terecht via LinkedIn, waar mijn activiteiten en kennis toch wel heel up to date bijgehouden wordt. Men zou dus kunnen denken dat de head hunter in kwestie in principe zulke fouten niet kan maken… maar toch. Zucht. 
En dan klagen dat ze niemand geschikt vinden zeker?

© 2024 Unexpected.be

Theme by Anders NorenUp ↑